Campanula alpina

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Campanula alpina
Campanula alpina
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Embryophyta (Landplanten)
Klasse:Spermatopsida (Zaadplanten)
Clade:Bedektzadigen
Clade:'nieuwe' Tweezaadlobbigen
Clade:Campanuliden
Orde:Asterales
Familie:Campanulaceae (Klokjesfamilie)
Geslacht:Campanula (Klokje)
Soort
Campanula alpina
Jacq. (1762)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Campanula alpina op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

Campanula alpina is een 5-15 cm hoge plant uit de klokjesfamilie (Campanulaceae). De soort komt voor in de Alpen.

Kenmerken[bewerken | brontekst bewerken]

De wortel is een penwortel. De wollig behaarde stengel draagt vaak over de hele stengel een bloemtros van maximaal tien bloemen. De lancetvormige, wollig behaarde bladeren groeien in een bladrozet. De bloemetjes zijn lichtblauw en 1-3 cm groot. De kelk is behaard. De stempel is driedelig. De bloeitijd valt in juli en augustus.

Voorkomen[bewerken | brontekst bewerken]

Het verspreidingsgebied beslaat zowel de noordelijke als zuidelijke Alpen ten oosten van de lijn Wendelstein - Lungau tot in Slovenië. Op een silicaatbodem komt de soort voor tot op 2400 m hoogte, voornamelijk op bergweiden en andere rotsige ondergrond.

Bronnen[bewerken | brontekst bewerken]

  • Alpenflora, Anthony Huxley.
  • Alpenpflanzen, Oskar Angerer en Thoms Muer
Zie de categorie Campanula alpina van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.